In de eerste twee jaren dat je ziek bent en daardoor niet kunt werken moet je een aantal dingen regelen. In die periode probeer je om stap voor stap terug te keren naar je werk. Dit heet re-integratie. Op deze pagina vind je informatie over wat je moet doen als je ziek wordt doordat je NWDI doormaakt, terwijl je niet in loondienst bent maar wel onder de Ziektewet valt.
Informatie laatst bijgewerkt: 21 februari 2025
Als je ziek wordt terwijl je in loondienst bent, krijg je je salaris doorbetaald. Als je niet in loondienst bent, is dit niet het geval. Je valt dan meestal onder de Ziektewet. Je hebt dan recht op een uitkering van het UWV. Dit is het geval als je een Werkloosheidsuitkering (WW-uitkering) hebt, of bijvoorbeeld als je een uitzendkracht bent en onder de Ziektewet valt. Als je als zzp’er werkt krijg je geen uitkering van het UWV bij ziekte, behalve als je een zzp-verzekering bij het UWV hebt afgesloten. Wil je zeker weten wat voor jouw situatie geldt? Bekijk hier het overzicht.
Op deze pagina staan verschillende links naar documenten die je op de website van het UWV kunt downloaden. Ook zijn er documenten te vinden waarvoor je naar de online bibliotheek op de website van Mijn Re-integratieplan wordt gestuurd. Je kunt daar gratis een account aanmaken als je deze documenten wilt gebruiken.
In het stappenplan hieronder zie je welke stappen je moet volgen, wat ze inhouden en hoe jij je erop kunt voorbereiden.

STAP 1: Ziek melden
Dag 1 of 2
Val je onder de Ziektewet en word je ziek? Dan meld je je ziek bij het UWV. Doe dit op de eerste of tweede dag dat je ziek bent via Mijn UWV. Als je ziek gemeld bent, krijg je een brief met de vraag om een digitale vragenlijst in te vullen. Op basis van de vragenlijst bepaalt het UWV of je een Ziektewet-uitkering krijgt. Soms neemt een medewerker van het UWV contact met je op. Meestal is dit een re-integratiebegeleider of een verzuimmedewerker. Deze medewerker bespreekt met jou waarom je niet kunt werken en wanneer je denkt weer te kunnen werken.
Let op! Het UWV maakt gebruik van verschillende stappenplannen. Voor iedere werknemer kan het stappenplan en de aanpak verschillen. Heb je een WIA, WAO, WAZ, of Wajong? Check dan op de website van het UWV wat er voor jouw situatie geldt.
STAP 2: Probleemanalyse
Uiterlijk 13 weken later
Verwacht je dat je langer dan 13 weken ziek bent? Dan volgt er een gesprek met de verzekeringsarts van het UWV. Je bespreekt dan wat je nog wel kunt en wat niet. Dit heet de Probleemanalyse. De verzekeringsarts vult na het gesprek het ‘Probleemanalyse formulier’ van het UWV in. Hierin staat wat nodig is voor jouw re-integratie.
Hoe bereid je dit gesprek voor?
- Verzamel zoveel mogelijk informatie over de diagnose en behandeling.
- Heb je medische gegevens van de huisarts of specialist? Neem die dan mee naar het gesprek.
- Bedenk wat je wel en wat je niet kunt.
- Kom met voorstellen die jou helpen bij je herstel en het weer aan het werk gaan. Je kunt hiervoor het ‘Invulschema initiatieven voor herstel en werkhervatting’ gebruiken.
STAP 3: Plan van aanpak
Uiterlijk 15 weken later
Na het gesprek met de verzekeringsarts maak je samen met een re-integratiebegeleider van het UWV een plan van aanpak. Dit gebeurt ongeveer 2 weken nadat de verzekeringsarts de probleemanalyse heeft ingevuld. In dit plan leg je vast wat je kan doen om te herstellen, weer aan het werk te gaan en welke begeleiding het UWV kan bieden. Ook afspraken over contact met de re-integratiebegeleider staan in dit document. Als je wilt kan je het ‘formulier Plan van Aanpak’ van het UWV alvast bekijken.
In de periode dat je ziek bent, heb je regelmatig contact met de re-integratiebegeleider van het UWV. Dit is je vaste contactpersoon. Er zijn in ieder geval drie vaste momenten waarin jullie bespreken hoe het gaat met de terugkeer naar werk en of het plan van aanpak nog klopt. Dit heet de evaluatie en is in week 26, 52 en 78.
Ben je het niet eens met het plan van aanpak? Dan kun je tijdens deze gesprekken proberen het plan te laten wijzigen. Het is ook mogelijk om in bezwaar te gaan als je het er niet mee eens bent.
Tips:
- Vul na een aantal weken ziekte nog een keer de ‘Checklist en invulschema Beperkingen en mogelijkheden’ in en kijk of het Plan van Aanpak nog steeds aansluit bij wat jij kunt.
STAP 4: Ziektewet-beoordeling
Week 44
Als je bijna een jaar ziek bent, krijg je een beoordeling van een verzekeringsarts. Dit heet een Ziektewet-beoordeling en start vanaf week 44. Het begint met een gesprek met de verzekeringsarts. Tijdens dit gesprek beoordeelt de arts je gezondheid en zal hij vragen naar je lichamelijke en psychische klachten. Samen met de arts beoordeel je wat je wel en niet kunt doen rond werk. Ook kijkt de arts of je klachten tijdelijk zijn of blijvend. Je mag iemand meenemen naar dit gesprek als je dat fijn vindt.
Let op! Bij deze beoordeling gaat het UWV niet meer uit van je huidige werk. Er wordt gekeken naar al het mogelijke werk wat je zou kunnen gaan doen waarbij je nog minimaal 65% kunt verdienen van het loon dat iemand anders met jouw opleiding en werkervaring verdient met hetzelfde werk. Bereid je dus goed voor op deze beoordeling.
Na dit gesprek zijn er twee mogelijkheden:
- De verzekeringsarts vindt dat je mogelijkheden hebt om te werken. Je krijgt dan een uitnodiging voor een gesprek met een arbeidsdeskundige. Die beoordeelt wat voor werk je nog kunt doen, wat je daarmee kunt verdienen en of je nog steeds recht hebt op een Ziektewet-uitkering.
- De verzekeringsarts vindt dat je nu en in de toekomst niet kunt werken. Je kunt dan misschien vervroegd een WIA-uitkering aanvragen. Dit kan vanaf week 3 tot week 68 in de Ziektewet. Overleg dit met de verzekeringsarts. Je kunt meer lezen over de WIA-uitkering in stap 5.
Als de arts een beslissing heeft gemaakt, krijg jij dit ook te horen. Als je het niet eens bent met de beslissing, is het mogelijk om bezwaar te maken.
Waar moet je op letten als je een vervroegde WIA-uitkering wilt aanvragen?
- Een vervroegde WIA kun je maar een keer aanvragen. Denk dus goed na of dit een juiste optie voor je is. Bespreek dit met je verzekeringsarts.
- Zorg voor een goed medisch dossier. Hieruit moet blijken dat je belastbaarheid, dus wat je kunt doen, minder is dan vroeger. Ook is het belangrijk dat er geen behandelingen meer mogelijk zijn waarmee je nog verder zou kunnen herstellen.
STAP 5: aanvragen WIA uitkering
Week 88
Je bent bijna 2 jaar ziek (88 weken) en kunt door je ziekte niet of minder werken. Verdien je daardoor niet meer je oude loon? Dan kun je misschien een WIA-uitkering krijgen. De Ziektewet-uitkering stopt namelijk na 2 jaar.
WIA staat voor Wet werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen. Er zijn twee soorten WIA-uitkeringen: de WGA-uitkering en de IVA-uitkering. Je kunt de WGA-uitkering krijgen als je nu of in de toekomst nog wel (voor een deel) kunt werken. Je kunt de IVA-uitkering krijgen als je niet of bijna niet meer kunt werken. Meer informatie daarover kun je vinden op de website van het UWV.
STAP 6: uiterste datum WIA uitkering
Uiterlijk week 93
Vraag de WIA-uitkering op zijn laatst aan in week 93. Dat is ongeveer 1 jaar en 10 maanden na je eerste ziektedag.